Thibault Seiffert 3 december 2018

Thibault Seiffert, Koning van de Kempische Fondclub 2018

Thibault Seiffert stelt zichzelf nog steeds voor als “de zoon van Christian Seiffert van Belgavet”. Maar met de gretigheid waarmee hij naar de top van de duivensport klimt, wordt zijn eigen voornaam steeds sterker. Nog even, en Christian Seiffert stelt zich voor als “de vader van Thibault”.

In zijn race naar de top, maakt Thibault even tijd voor een stand van zaken: “Mijn vader had duiven en speelde grote fond, maar ik vond het als kind eigenlijk vervelend om zo lang te moeten wachten op de duiven.

Tot vader me meenam naar een éénhoksrace in Duitsland. Daar moesten 800 duiven op hetzelfde hok toekomen en we behaalden er een tweede plaats op de eindrace van 450 km. De duiven stormden binnen langs alle kanten en hierdoor werd ik gebeten. Ik vertelde er met veel enthousiasme over aan onze buurman, die me meteen adviseerde om het tuinhuis om te bouwen tot duivenhok.

In 1998 op 15 jarige leeftijd werd de start gezet met 8 duifjes. In 1999 kwam dan het eerste echte duivenhok. Mijn vader kocht steeds vitesse duiven en wou dat ik vitesse ging spelen, omdat hij vermoedde dat anders mijn schoolresultaten er onder zouden lijden. Maar ik wou Grote Halve Fond spelen en speelde ze steeds op die afstanden. Van een ronde van 20 vitesse duiven waren er dan steeds een 2-tal die het konden en zelfs vroeg vlogen. Die gingen dan naar de kweek. Zo werd de selectie doorgedreven van mijn grote halve fondduiven. Die eerste vitesse-duiven liggen trouwens nog steeds aan de basis van mijn huidige Grote Hafo ploeg.

Mijn duivenkolonie run ik volledig zelf, wat door werkomstandigheden niet altijd even gemakkelijk is. Echter kan ik terugvallen op de nonkel van mijn vrouw en trouwe letter Fernand Jacobs om mijn duiven te verzorgen wanneer ik jaarlijks op vakantie ga. Bij deze wil ik hem hier ook voor bedanken. Voor raad en daad kan ik steeds terugvallen op mijn beste vriend Gregory Bekaert waar ik bijna dagelijks mee in contact ben. Hugo Batenburg en Joost Desmeyter adviseren mij ook regelmatig. Bij deze ook bedankt.

Mijn hokaccomodatie bestaat uit 1 hok voor oude en jaarling duivers waar ik een 20 tal kan huisvesten. 1 hok voor oude en jaarse duivinnen waar ook een 20 tal kunnen huisvesten. 1 hok voor oude en jaarlingen voor de Grote fond die ik steeds op nest speel, goed voor 8 koppels en 2 hokken voor jonge duiven (100-tal), 1 kweekhok voor 20 koppels en 2 hangvolières voor de kweekduivinnen op rust. Al mijn hokken werden gebouwd met een volière vooraan en berusten op het principe van de open doos constructie. Binnen zijn de hokken potdicht. Ramen blijven dag en nacht open. Ik heb dus duivers die liever op een kapel slapen in de volière dan in hun bak. Ik laat ze hier ook in doen en verplicht ze niet om binnen te slapen. Ze moeten zich goed en vrij voelen. Een duif moet op zijn gemak zijn.

Qua duiven heb ik verschillende categorieën en soorten.
Mijn Grote Halve Fond duiven zijn Soontjes via via, Van Hove-Uytterhoeven via Guy Van der Auwera, Gebr. Janssens Arendonk, en 1 duivin uit de lijn van de Buffel van Wiliam Geerts.

Mijn Grote Fondduiven zijn de oude Van Wanroy en Aarden stam van mijn vader die ik aangelengd heb met Joost Desmeyter-Restiaen, Batenburg-Van de Merwe, 1 Jos Thoné duivin en Jos Mees duiven.

Steeds ben ik gestart met 1 stamdoffer gekruist met 4 duivinnen en dan stelselmatig naar elkaar ingeteeld. De bedoeling is om deze twee stammen (categorieën) ook in elkaar te laten vloeien en weer in te telen. Voorlopig lijkt dit me goed te lukken.
In 2017 werd de winter ingetrokken met 20 kweekkoppels, 7 oude en 24 jaarse duivers 5 oude en 24 jaarse vliegduivinnen.

Begin/half Maart werd alles gekoppeld, zowel de kwekers als de vliegers. Vliegers brengen 1 jong groot en vertrekken dan even op weduwschap gedurende 4 weken, dan wordt alles op nest gezet uitgerekend volgens positie en vluchtprogramma die ik maanden op voorhand uitstippel. Bij een inkorving heb ik dus niet de luxe te kunnen kiezen wie er het beste voor zit.

Wie op het programma staat gaat mee indien geen onvoorziene omstandigheden. Zo werden bijvoorbeeld op de eerste Chateauroux mijn duiven ingekorfd op 1 a 2 dagen broeden. Sommigen moesten zelfs de dag van inkorving nog hun tweede ei leggen. Hierdoor had ik zelf een beetje schrik en weinig verwachtingen, toch verbaasden ze me met een 3/3 bij de oude en een 9/19 bij de jaarse. Echter weet ik dat ik met mijn begeleiding van onze natuurproducten van Belgavet mijn duiven tip top krijg aan de start wat menig aanpakker kan bevestigen.

Uit de kwekers worden twee ronden gekweekt wat dus plus/min een totaal brengt op een 100 tal jongen. Na het seizoen kweek ik ook een kleine ronde late uit sommige kwekers en beste vliegers waar ik me in de winter mee kan bezighouden. Dit jaar een 35 tal late voor eigen gebruik en een 10 tal late voor bons. Ondanks ik pas laat kweek test ik mijn jongen grondig tot verbazing van mijn collega duivenmelkers. Zo werden mijn eerste jongen begin Mei afgezet en mijn tweede ronde half Juni. Doch hebben deze 2 a 3 nationaals gevlogen. Mijn tweede ronde ging op vier weken tijd naar Bourges, van het hok recht naar Quievrain - Noyon - Halve Fond – Bourges – de week erna Chateauroux. Van Bourges had ik bij de jongen 10/40 prijzen en 2 achter. Een gezonde duif kan meer dan we denken. Dit doe ik nu reeds 2 jaar. Ik ben keihard met mijn duiven, heb weinig compassie. Of ik dit zal, kan blijven doen zal steeds afhangen van de conditie en de gezondheid. Ik ben gestart met 95 jongen en geëindigd met 47.

Verduisteren doe ik niet. Jongen gingen mee naar Bourges etc op 4 a 5 pennen, sommige zelfs met weinig banden. Ik verwacht dan ook geen topprestaties maar gewoon een eerlijke selectie. Door hun jonge leeftijd zijn ze dan ook niet echt parig en gaan dus plat mee. Bijlichten doe ik wel in het tweede deel van het seizoen om toch de dekpluimen wat te kunnen houden. De tijden van de langste dag worden dan aangehouden zijnde van 05u tot 23u.

Lappen doe ik niet meer. De reden hiervoor is dat ik 3 jaar geleden mijn jongen stapsgewijs was gaan lappen een 7 tal keren tot ik aan 45 km was. Telkens waren ze voor mij thuis. Ik wreef dus steeds in mijn handen met een gevoel van een topseizoen dat komen ging. Niets was minder waar. Op een zondag los ik ze in Peutie (45 km) en weer alles voor mij thuis zonder verliezen. De dag erna (maandag) terug in Peutie en toen verspeelde ik plots 45 duiven van de 65. Akkoord er zal iets gebeurd zijn maar mijn bedenking is dan dat ze van lappen dus niets leren en niets wijzer worden. Dus nu sinds 2 jaar gaan zowel oude, jaarlingen, jongen van het hok recht de mand in naar Quiévrain 112 km. Omdat ik pas later start, zijn de jongen van mijn collega duivenmelkers reeds wat ervaren en merk ik dat ze mijn jongen gewoon mee naar huis sleuren. Qua verliezen is dit soms tot mijn grote verbazing beperkt tot 2 a 5 duiven. Pas vanaf de halve fond kan het zijn dat er ineens een tiental verdwijnen. Maar hier lig ik niet van wakker. Opgelet steeds uitgaande van het feit dat ze supergezond zijn en conditie hebben!!!

Waar ik wel in geloof is lappen tijdens het seizoen als je echt wilt knallen met de jongen. Maar dit doe ik zelf niet, enkel dit jaar met het zicht op het koningschap heb ik op aanraden van Gregory Bekaert wel mijn jongen wat gaan lappen na Bourges om toch dat tandje bij te steken. Hij loste de zijn in Kapellen en ik de mijn in Mol. Wat dus voor hem van West naar Oost is en voor mij van Oost naar West. Dat heeft ze toch wat aangescherpt qua oriëntatie. Mijn oude en jaarlingen lap ik niet desondanks ze steeds op nest gespeeld werden. Als de conditie er is, is dit niet nodig meen ik. Ook al gaan mijn Grote Fondduiven om de vier weken mee, worden ze dus niet gelapt. Dit deed ik vorig jaar wel, maar zag geen meerwaarde tegenover dit jaar.

De oude en jaarlingen speel ik op nest en probeer ik voor de grote halve fond om de twee weken te spelen, de fond om de drie weken en de grote fond om de vier weken.

Qua voeding volg ik het volledige programma van Joost Desmeyter-Restiaen en gebruik ik de IC (black label) mengelingen van Versele. Deze bestaan uit de Gerry plus, Champion, Superstar, Start, Depure en Energy.

Qua bijproducten gebruik ik uiteraard het gamma van Belgavet. Zo geef ik drie keer week de Joost Mix (bestaande uit Garlic, Vegetural, Tzurex, Cerbival, Eureka plus) heel het jaar door. Dat doe ik via de granen met Vlierbessensap of Twister Olie. Naar de vluchten toe, vul ik dit aan met Creëtine en Redbeet.

Mijn focus ligt vooral op de recuperatie. Zeker na zo een zwaar seizoen als deze. Bij thuiskomst krijgen ze Energy Drink en Broncho in het water. Enerzijds voor de recuperatie en anderzijds om de geïrriteerde luchtwegen na de vlucht op een natuurlijke manier te verlichten. Bij thuiskomst krijgen ze meteen een Total Recovery (1 pil) in de bek (indien het een zware vlucht is, zelfs twee dagen na mekaar). De filosofie hierachter is dat na een zware inspanning de darmwand heel fijn geworden is om zo snel mogelijk alles te kunnen absorberen en te kunnen herstellen. Hier heb je dus een marge van twee uur na thuiskomst voor de darmwand weer naar zijn oorspronkelijke toestand gaat. De duif zou dus als het ware direct moeten eten om te recupereren. Maar na een zware inspanning doet deze dit niet optimaal door vermoeidheid. Met de Total recovery krijgt hij als ware zijn biefstuk vol proteïnen binnen. Je ziet de duif dan als het ware direct bekomen. Op het eten gaat Inovator en Biceptorax, gemengd met Proponey Royal bij thuiskomst. Ook hier weer recuperatie producten vol proteïnen en aminozuren.

Tijdens de week gaat er afwisselend Pomalail, Gentochol, Vivitaline en Sitrici in het water. Deze gebruik ik op gevoel hoe ik mijn duiven zie en aanvoel. De bijproducten worden altijd drie à vier dagen na mekaar toegediend, de volgende drie à vier dagen krijgen ze dan zuiver graan en water. Wekelijks krijgen ze ons vloeibaar badzout Balneo in het badwater wat ze ongelooflijk zacht maakt. 1 x om de drie maanden Sivanol voor het snot uit de duiven te halen. Satva als onderhoudt voor de koppen.
De jongen krijgen elke dag Pomalai in het water en op het eten komt er Pro-Biolec en Vlierbessensap. Deze mix is uiterst geschikt voor de darmflora en om de problemen van de jongenduivenziekte preventief tegen te gaan.

“Door het oordeelkundig gebruik van bijproducten, vermijd ik dat ik veel medicatie moet gebruiken”, besluit Thibault. “Pas als ze jaarling zijn, krijgen ze in juni hun eerste trichokuur, en dan nog maar alleen als mijn dierenarts Kristof Mortelmans dat nodig acht.” Deze bezoek ik 3 a 4 keer per jaar. Twee weken voor Bourges, twee weken voor Agen en twee weken voor Narbonne. Meer als geruststelling. Vaak krijg ik te horen dat ze goed zitten en ik eraf moet blijven, soms lichte tricho. Tegen de koppen doe ik niets of Kristof moet het mij echt opleggen. Vorig jaar niet, dit jaar 1 maal.

Selectie gebeurt bij mij enkel via de mand voor oude en jaarlingen. De jongen op gevoel. Doordat ik bijna alle vluchten speel, is er geen duif waar ik niets van weet na een seizoen. Ook zet ik niets zomaar op de kweek. Bijgehaalde duiven moeten eerst vliegen van wie of waar ze ook mogen komen.

Hier bekijk ik mijn seizoen zeer nuchter met beide voeten op de grond. Dit jaar heb ik een ongelooflijk prijspercentage aan prijzen, jongen niet meegerekend. Echter ben ik voor mezelf nog niet tevreden en moet de lat hoger liggen. Ik miste dit jaar de echte kopduiven. Ik heb wel uitschieters en vroege duiven maar dat moet nog beter. Het zijn mijn eerste twee getekenden van elke vlucht die me tot koning gekroond hebben. Deze kies ik uit op zicht, gedragingen en forme van het moment. Hier sla ik de bal weinig mis en pak ik ze meestal als eerste.”

De gedrevenheid van Thibault Seiffert straalt uit zijn verhaal. De Koning van 2018 zal er alles aan doen om zich ook in 2019 in Kempische Fondclub te tonen!

Wim

Mijn beste duivin “Micky “ (1ste get Grote Halve Fond)
vliegt dit jaar op nest 11/12 met 9 prijzen per 10:
15/04 Quiévrain: 1/179 Kapellen- 14/817
22/04 Noyon: 77/427
28/04 Noyon: 78/419
05/05 Ecouen: 1/96 Stabroek - 9/621 zone West - 33/1072 Grensverbond
12/05 Melun: 13/190 Stabroek - 89/770 zone West - 218/1280 Grensverbond
20/05 Quiévrain: 7/120 Kapellen - 14/432 NAV
26/05 Bourges: 1/111 Stabroek - 10/549 KFC - 42/3201 Prov - 248/6852 Zone -1015/19044 Nat
09/06 Chateauroux: 6/158 Stabroek - 60/645 KFC - 448/4222 Prov - 596/8458 Zone - 1920/27081 Nat
23/06 Argenton: 3/91 Stabroek - 22/500 KFC - 183/3267 Prov - 282/6640 Zone -902/19864 Nat
08/07 Quiévrain: 57/254 NAV
15/07 Chevrainvillier: 21/207 zone West - 54/416 Grensverbond - 271/3043 Prov
21/07 Argenton: 6/73 Stabroek - 29/274 KFC - 268/1722 Prov - 385/2550 Zone - 1055/8818 Nat

Kampioenschappen 2018 :
Koning Kempische Fondclub KFC
Koning Kleine Fond Stabroek
Opvolger Koning Fond - Grote Fond Stabroek
1ste Grote Fond Jaarlingen Stabroek
1ste Trofee Belgische Verstandhouding (3de jaar op rij) Stabroek
1ste Bourges Criterium De Duif KFC
1ste Asduif Kleine Fond Jaarlingen Stabroek (“Micky”)
2de Kleine Fond Jaarlingen Stabroek
3de Grote Fond Jaarlingen KFC
3de Grote Fond Oude Stabroek
3de Kleine Fond Jongen Stabroek
4de Fond - Grote Fond Jaarlingen Stabroek
4de Kleine Fond Oude Stabroek
6de Kleine Fond Oude KFC
6de Kleine Fond Jaarlingen KFC
7de Grote Fond oude KFC